Brabants Energieakkoord versnelt energietransitie en legt slimme verbindingen

De komende jaren werkt Brabant stevig aan een groene en duurzame provincie. Tot 2021 worden 40.000 woningen energieneutraal gemaakt, de industrie gaat 10% van haar energie opwekken via zonnepanelen. Ook de Brabantse landbouwsector doet mee. Deze sector gaat tot 2020 met biomassa, wind- en zonne-energie 5,1 petajoule realiseren. Bovendien wordt in dezelfde periode 2 procent energie per jaar bespaart. Via deze investeringen wordt een stevige groene groei van de Brabantse economie en werkgelegenheid (circa 5.000 voltijds banen) verwacht.

2013_0703_NF

Dat staat in het Brabants Energieakkoord (BEA), dat SER Brabant, de Brabants-Zeeuwse Werkgeversvereniging (BZW), de land- en tuinbouworganisatie ZLTO, de Verenigde Energie Coöperaties Noord-Brabant (VEC), de Brabantse Milieufederatie (BMF) en de B5 (het stedelijk netwerk van de vijf grote Brabantse steden) vandaag in Spoorzone Tilburg hebben gepresenteerd.

Met het BEA versterkt Brabant de komende jaren de verduurzaming van de regionale energiehuishouding, de economie en de werkgelegenheid en geeft ze een impuls aan de landelijke energieagenda. Het akkoord, een vertaling van het Nationale Energieakkoord naar de Brabantse realiteit, stippelt de route uit naar een klimaat- en energieneutraal Brabant in 2050. Met hun handtekening verbinden de partijen zich aan dit continue, meerjarige proces. Daarnaast tekenen ze voor de concrete uitvoering van specifieke versnellingspaden.

Koppeling sociale en technologische innovatie

De verscherpte schaliegasdiscussie uit 2014 en de noodzaak om meer regie te nemen op de eigen energieagenda en deze in een breder economisch en duurzaam perspectief te plaatsen, vormen de aanleiding voor dit decentrale energieakkoord. De energiewereld is bovendien in ontwikkeling. Burgers (de ‘energieke samenleving’) werken samen in lokale coöperaties aan de ontwikkeling van de eigen energievoorziening. Het BEA koppelt deze sociale innovatie aan technologische innovatie om de energietransitie in Brabant de komende jaren te versnellen. Dat vergt maximale samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven, kennisinstellingen en burgers en optimaal gebruik van de Brabantse innovatiekracht.

Versnellingspaden

Het BEA richt zich met drie zogenoemde versnellingspaden op de grootverbruikers van energie: de gebouwde omgeving, de industrie en de landbouw. Het akkoord streeft naar energieneutraliteit in 2050 en richt zich op energiebesparing en verduurzaming van de energievoorziening met biomassa, windenergie, zonne-energie, geothermie en warmte-koude-opslag.

Agenda

De uitvoering van het BEA wordt een continu, meerjarig proces. Daarom is er een ontwikkelagenda opgesteld. Hierin zijn nieuwe versnellingspaden opgenomen, onder meer op het gebied van warmtebenutting en mobiliteit & transport. Verder benoemt de ontwikkelagenda de strategische partners van het BEA: netwerkbeheerder Enexis, energiebedrijven, kennisinstellingen (waaronder universiteiten, hogescholen en het mbo) en waterschappen. Ten slotte formuleert de ontwikkelagenda randvoorwaarden voor technische en sociale innovatie. Dat betekent de beschikbaarheid van fondsen en een klimaat waarin de beschikbare toptechnologie en topinnovaties de komende jaren versneld op de markt kunnen worden gebracht. Regelgeving en (aanbestedings)procedures van overheden worden hierop aangepast. Dat betekent bovendien de verbinding met de energieke samenleving: met burgers die via duurzame energie-initiatieven voor de echte versnelling moeten gaan zorgen.

Initiatiefnemers

Initiatiefnemers van het Brabantse Energieakkoord zijn vertegenwoordigers van de Brabantse Milieufederatie (BMF), de Brabants-Zeeuwse Werkgeversvereniging (BZW), de land- en tuinbouworganisatie (ZLTO), de Verenigde Energie Coöperaties Noord-Brabant (VEC), partijen in de gebouwde omgeving (Brabantse steden, woningbouwcorporaties, Bouwend Nederland, Uneto-VNI), universiteiten (Tilburg University, TU/e) en hogescholen (Avans, Fontys, HAS, NHTV). De coördinatie wordt verzorgd door de Sociaal-Economische Raad (SER) Brabant.

Het initiatief wordt verder ondersteund door Spark Campus, Brainport Development, Biobased Delta, Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij (BOM), Enexis, Brabant Water en waterschappen (Aa en Maas, Dommel, Brabantse Delta).

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s